Olà, olà, big tett'n!

By Geert, 29 May, 2010

Ergens ver weg van hier, in een parallel universum, zitten vier Knoelies rond iets wat nog het meest lijkt op een kampvuur. Alleen dan met iets minder vuur en een heleboel meer kamp. En dan nog, het vuur bestaat niet echt uit vlammen maar uit honderden dronken dansende bolletjes in alle kleuren van de regenboog. Bovendien kennen ze hier nog een paar extra kleuren, waaronder de kleur nèp die iedere Knoelie spontaan doet grinniken.

Nu zeg ik wel dat het "ver weg van hier" is, maar misschien is dat wel niet helemaal correct. Dit komt waarschijnlijk doordat wij nog maar pas beginnen te wennen aan het concept van een parallel universum. Maar laat ons niet teveel afwijken.


Een kampvuur. De Knoelies zijn gevlucht.

Zegt opeens een van die Knoelies:

"Bàh li pepie, nep't kàllu ni nàppa!"

Vrij vertaald klinkt dit ongeveer als "Amai mijn [kegels die onder andere dienen voor de voortplanting], wat is het hier weeral niet warm!"

Nu moet je weten dat taal bij de Knoelies erg juridisch onderbouwd is. Zo geldt bijvoorbeeld de belangrijke regel dat je wettelijk sterker in je shinkà staat als je aangeeft wat niet het geval is. Het is bijvoorbeeld veiliger om te verklaren dat het "niet warm" is dan dat het "koud" is. Immers de kans dat je, ik zeg maar wat, drie Knoelies vindt die het ook koud hebben, is serieus kleiner dan dat je er drie vindt die er uit principe niet mee akkoord gaan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het overgrote deel van de jonge Knolies later advocaat wil worden.

"Bieh Zollà ta pepie tem te keppe slentà!", antwoordt een andere, waarna iedereen -op een Knoelie na- luid begint te hikken. Voor de Knoelies is hikken wat voor ons schaamteloos lachen is. Alhoewel erg veel van de finesse van wat er gezegd werd verloren gaat in de vertaling, komt het ongeveer hierop neer: "Maar dan laat je Zollà toch je kegels tegen haar cilinders slaan!"

Nu lijken de Knoelies wel verdacht veel op mensen, ware het niet dat van alles waarvan wij er twee hebben, zij er drie hebben. Dat is inderdaad een verschilpuntje. En natuurlijk lijken zij ook iets meer op een bolletje wol waar een kat een uur mee gespeeld heeft dan wij. Maar voor de rest is de gelijkenis treffend. Alhoewel hun voortplantingsritueel dan weer meer weg heeft van het mechanisme waardoor wij kleuren kunnen onderscheiden, maar wie let daat nu op. Ach ja, zij zijn ook iets minder talrijk en ietsje kleiner. Van de mens zijn er ondertussen al 6,8 miljard. Van de Knoelies zijn er slechts 4 exemplaren.

Plots kijkt de niet hikkende Knoelie naar de hemel. Haar drie ogen sperren zich wagenwijd open. Zij opent haar mond en gilt:

"Olà, olà, big tett'n!"

Vrij vertaald: "Opgepast, opgepast, weer zo een gigantisch vallend breiwerk!"

Maar het is te laat! Het gevaarte valt pardoes op de vier Knoelies. Alle vier zijn ze op slag dood. Ze hadden al eerder een breiwerk uit de lucht zien vallen, maar nu hebben ze duidelijk minder geluk. Helaas...

Zonder het tragische effect op Knoeliegemeenschap te willen minimaliseren, kan je uit dit voorval toch een universum-overschijdende conclusie trekken.

Een eeuwig vraagstuk is opgelost! Je kent immers dat gevoel: wanneer je de was uit de wasmachine haalt en alles netjes gestreken en/of opgevouwen hebt, blijf je steeds achter met een sok die je nooit meer zal matchen. Dan vraag je je af waar die andere sok naartoe is. Je kent dat gevoel, niet?

Wel, nu heb je het antwoord!

Comments